Een werknemer heeft een verzoek gedaan op grond van artikel 2b Wet Flexibel Werken. De kantonrechter oordeelt dat dit verzoek leidt tot een contract voor onbepaalde tijd.
Wat was er aan de hand?
Een werknemer is werkzaam op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, dat twee keer is verlengd. Het contract loopt af op 8 augustus 2023. De werknemer heeft de werkgever verzocht het contract om te zetten in een contract voor onbepaalde tijd.
Op 7 juli 2023 bericht de werkgever schriftelijk dat haar contract niet zal worden verlengd, zodat 8 augustus 2023 de laatste werkdag zal zijn. De werknemer verzoekt bij de rechter onder meer herstel van het dienstverband.
Artikel 2b Wet Flexibel Werken
Een werknemer die tenminste 26 weken in dienst is bij de werkgever kan een verzoek doen tot aanpassing van de arbeidsduur, arbeidsplaats en werktijd op basis van de Wet Flexibel Werken.
In artikel 2b van deze wet is geregeld dat de werknemer de werkgever kan verzoeken om een vorm van arbeid met meer voorspelbare en zekere arbeidsvoorwaarden.
De werknemer moet het verzoek schriftelijk doen. De werkgever beslist (indien hij tien of meer werknemers heeft), binnen een maand schriftelijk en gemotiveerd op het verzoek van de werknemer. Als de werkgever niet binnen deze termijn beslist, wordt de arbeid aangepast conform het verzoek van de werknemer.
Het oordeel van de kantonrechter (ECLI:NL:RBLIM:2024:2000)
De kantonrechter oordeelt dat artikel 2b Wet Flexibel Werken het gevolg is van de implementatie van de Richtlijn (EU) 2019/1152 inzake transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden.
Artikel 2b van de Wet Flexibel Werken biedt volgens de kantonrechter ook een grondslag om de werkgever te verzoeken het contract voor bepaalde tijd om te zetten in een contract voor onbepaalde tijd.
De werkgever had op 7 juli 2023 een schriftelijk bericht gestuurd, maar volgens de kantonrechter had dit bericht geen betrekking op het verzoek van de werknemer. Het bericht van de werkgever is volgens de kantonrechter te beschouwen als een zogenaamde aanzegging op grond van artikel 7:688 BW. Een aanzegging houdt in dat een werkgever een maand voor het einde van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd aan de werknemer meedeelt of het contract al dan niet wordt verlengd. In het bericht van de werkgever wordt niet gerefereerd aan het verzoek van de werknemer.
Zelfs als het wel zou gaan om een reactie op het verzoek van de werknemer, voldoet het niet aan de daaraan gestelde eisen, omdat er geen motivering in het besluit is opgenomen.
De werknemer zou volgens de kantonrechter een contract voor onbepaalde tijd hebben gehad. Echter de werknemer is niet binnen de termijn van twee maanden opgekomen tegen het ten onrechte gegeven ontslag.
Tips voor werknemers
Op basis van artikel 2b van de Wet Flexibel Werken kan de werknemer een schriftelijk verzoek doen voor een contract voor onbepaalde tijd.
Tips voor werkgevers
Kijk altijd goed of een verzoek van de werknemer onder de Wet Flexibel Werken valt.
Reageer schriftelijk en tijdig op het verzoek van de werknemer binnen één maand na het verzoek (bij tien of meer werknemers). Neem binnen een maand een schriftelijk besluit en motiveer dat goed. Doet u dit niet of te laat, dan wordt de arbeid aangepast conform het verzoek van de werknemer.
Heeft u vragen? Ik help u graag. Bel me 076-5201455 of stuur me een mail naar [email protected]