Met de finale kwijting in een beëindigings- of vaststellingsovereenkomst wordt geregeld dat werkgever en werknemer na de afwikkeling van de afspraken niets meer van elkaar te vorderen hebben. Is dat altijd zo?

Finale kwijting in een vaststellingsovereenkomst

Een vaststellingsovereenkomst is een overeenkomst die strekt tot beëindiging of ter voorkoming van een geschil of onzekerheid. Partijen maken met elkaar daarover afspraken (de vaststelling). Daarbij wordt veelal ook finale kwijting afgesproken. Behalve de nakoming en afwikkeling van de gemaakte afspraken hebben partijen dan ook niets meer van elkaar te vorderen. Partijen beogen een definitief einde te maken aan de kwestie en willen het boek sluiten.

Het is daarom van belang bij het sluiten van een vaststellingsovereenkomst vooraf goed na te gaan wat er met elkaar moet worden afgesproken, of alle zaken zijn geregeld en goed na te gaan wat de consequenties daarvan zijn.

Heb je bijvoorbeeld als werknemer nog loon of overuren te vorderen? Of wil je als werkgever dat de werknemer studiekosten nog terugbetaalt? Is de werknemer na het einde van de arbeidsovereenkomst nog gebonden aan een concurrentie- of relatiebeding? Regel hier dan hierover iets in de vaststellingsovereenkomst.

Regel het duidelijk en helder, voorkom verschillende interpretaties

Soms wil een van de partijen, werkgever of werknemer, terugkomen op de finale kwijting. Omschrijf daarom duidelijk en helder in de vaststellingsovereenkomst wat de afspraken zijn en voorkom een verschillende uitleg of verschillende interpretaties.

Gaat het bijvoorbeeld om uit te keren bedragen (bijvoorbeeld overuren, vergoeding vakantiedagen of bonus) benoem dan goed om welke bedragen het gaat of om hoeveel uren.

Een voorbeeld: een werknemer vordert na het sluiten van de vaststellingsovereenkomst nog overuren van zijn werkgever. Hij vangt bot bij de kantonrechter. In de vaststellingsovereenkomst is namelijk overeengekomen dat de werkgever een bepaald bedrag vergoedt, waarin zijn begrepen de vorderingen die de werknemer meent te hebben op de werkgever (ECLI:NL:RBZWB:2023:994).

Doen partijen altijd overal afstand van door de finale kwijting?

Ja meestal wel. Meestal betekent de finale kwijting dat deze moet worden nageleefd en dat partijen van elkaar niets meer te vorderen hebben (behalve dat wat is afgesproken).

Als de werknemer geen beroep doet op de bedenktermijn van twee weken (of drie weken als de termijn van de bedenktermijn niet is benoemd), is de vaststellingsovereenkomst of de finale kwijting moeilijk meer aan te vechten bij de rechter.

De bedenktermijn houdt in dat de werknemer zonder opgave van redenen binnen twee weken (of drie weken als de bedenktermijn niet is benoemd in de overeenkomst) zonder opgave van redenen de vaststellingsovereenkomst schriftelijk kan herroepen. Daarna herleeft de arbeidsovereenkomst weer.

Zijn er uitzonderingen?

In een enkel geval oordeelt de rechter anders.

Bijvoorbeeld het Hof Amsterdam oordeelde dat de werkgever er in deze zaak niet heeft mogen vertrouwen dat de werknemer met de finale kwijting ook afstand heeft gedaan van de WIA-excedent verzekering (ECLI:NL:GHAMS:2023:639).

In een andere zaak constateerde de werkgever fraude bij de werknemer na het sluiten van de vaststellingsovereenkomst. De werknemer was van mening dat de werkgever hiermee bekend was bij het sluiten van de overeenkomst en onder de finale kwijting viel. De rechter ging daarin niet mee (ECLI:NL:GHAMS:2018:1641).

En dwaling dan?

Een werknemer stelt soms dat de vaststellingsovereenkomst heeft gesloten op basis van bepaalde feiten en omstandigheden. Achteraf blijken deze anders te zijn en als de werknemer dat had geweten, had hij de overeenkomst niet gesloten.  De werknemer doet dan een beroep op dwaling.

Bijvoorbeeld: een werknemer sluit een vaststellingsovereenkomst in het kader van een reorganisatie. Later beroept de werknemer zich erop dat hij ten onrechte niet is herplaatst in een uitwisselbare en passende functie. De rechter oordeelt dat dwaling bij een vaststellingsovereenkomst terughoudend moet worden getoetst. De vaststellingsovereenkomst strekt namelijk juist tot beëindiging van een onzekerheid of geschil. In deze zaak was dat de reorganisatie. Partijen kunnen geen beroep doen op dwaling over hetgeen waarover juist onzekerheid bestond (ECLI:NL:GHDHA:2023:1033).

Tip

Het is voor werkgever én werknemer van belang de vaststellingsovereenkomst juridisch te laten toetsen. Is alles geregeld? Zijn de afspraken duidelijk en helder geformuleerd? De bedoeling is de kwestie definitief te regelen en te kunnen afronden. Voorkom dat een van de partijen de finale kwijting kan of gaat aanvechten.

Vragen

Heeft u hierover een vraag of wilt u geholpen worden. Ik help u graag. Neem contact met me op 076-5201455 of stuur uw vraag naar [email protected]